vrijdag 15 oktober 2021

Ouistreham naar ...Fecamp 14-10-2021

 Na het latertje van Saint Vaast naar Ouistreham blijven we toch maar een dagje liggen en vooral een dagje ontstressen voor de navigator. Ik heb het moeilijk met de onberekenbare stromingen en golven en golfjes die van alle kanten komen. Inslingeren lees ik wel eens, maar op die manier is het wel heel onprettig. Trauma van de mayday situatie opgelopen denk ik. Ook de Seine baai kent dit soort onverwachte stromingssituaties en al zijn de golven niet zo hoog, het plezier in het zeilen ontbreekt me totaal. En dan komt vanzelf de vraag op: waarom doe ik het nog, ik ga van boord. 

Maar ja..dan kan ik toch beter eerst naar Le Havre en daar de trein pakken dan hier in het gehucht. Maar op ons lijstje staat eerst nog Honfleur. En de dag erop staat de wind uit noord, dan komen we niet verder. Dus maken we plannen voor Honfleur, twee nachtjes en dan door naar Le Havre.  

Ouistreham zijn we doorgelopen en op hier en daar een prachtig pandje na is er zo goed als niets te beleven. De bakker wordt bezocht en een brood en gebakje rijker is voldoende voor de volgende dag. Een ijsje willen we, maar alle restaurantjes ten spijt: alles is dicht om twee uur in de middag. Vanavond weer na zevenen... Eén restaurantje is gelukkig wijzer en daar zit het terras dan ook best vol. Maar een plekje voor ons is er ook. Dus een biertje en daarna een coup de glace. 


De vertrektijd op donderdag wordt bepaald door de sluisopening. Die is om 9.00 uur dus die nemen we ook, want daarna is het pas weer laat in de middag. Het getij loop absoluut niet goed om vanaf 9 uur de tocht naar Honfleur te ondernemen. Maar we gaan zeilen met de voor het eerst aangeslagen grote lichtweer zeil: de gennaker. 






De sluis uit, gennaker uitrollen en gaan.... het is fantastisch. De zon schijnt, 1 motor nog even bij om uit de geul het grootzeil op te trekken zegt de schipper. Grootzeil? We varen toch op de gennaker? Volgens skipper kun je dan ook het grootzeil bij trekken. Ik zie er al weer tegenop, want het gaat vaak moeizaam. Als we het laatste tonnetje van de invaargeul voorbij zijn draai ik de boot in de wind. Skipper rolt de gennaker van te voren in, schoot in het gangboord. De boot heeft de neiging door te draaien of meteen terug te draaien in de stroming. Het duurt even voordat ze goed in de wind ligt, maar de schipper trekt het grootzeil al op. Beetje links, meer naar rechts...links...terugdraaien... ja het zeil staat. Ik draai de boot en dan loopt de schipper naar de andere zijde en ...'shit, zit weer in de lazyjacks'. Mijn stresslevel schiet omhoog als het grootzeil weer naar beneden komt en ik zie dat de gennaker ineens weer staat en klappert in de wind. Vervolgens zie ik dat de schoot van de gennaker in het water drijft achter de boot en meteen zet ik de motor in zijn neutraal. Maar het lijkt te laat: de schoot zit muurvast ergens en is niet meer binnen te halen. Schipper naar voren om een nieuwe lijn aan de gennaker te bevestigen en de oude lijn door te snijden en er gaan meerdere scenario's door mijn hoofd. Maar net toen schipper de nieuwe lijn vast wilde maken kwam de schoot toch los onder de boot vandaan. Yes! Schoot weer aan boord, nu alles vastgezet en dan wil de schipper weer een manoeuvre om het grootzeil te hijsen. Van mij hoeft dat niet meer. We hebben de snelheid niet nodig, want het is pas om 17 uur toegankelijk bij Honfleur en het is vier uurtjes varen en met de gennaker op iets langer, maar we komen dan op een veel beter tijdstip de Seine in.

Het blijft bij de gennaker na enige discussie. En dan hebben we een prachtige tocht richting de Seinemonding. En onderweg genieten we van het zonnetje, het wordt steeds warmer. En lang voor we bij de Seine ingang zijn zegt de schipper: eigenlijk veel beter om meteen naar Le Havre te varen. En de navigator zegt: eigenlijk veel beter om misschien nog verder door te varen...Fecamp bijvoorbeeld. De beslissing niet naar Honfleur te gaan is snel gemaakt. De andere beslissing laat op zich wachten tot vlak voor de groene ton bij de invaart naar Le Havre: we gaan door.




Dan horen we op de marifoon iemand over een sailing yacht, maar wat er gezegd wordt verstaan we niet. We worden ook niet opgeroepen door port control. Een minuut of vijf later komt er beweging in een aantal voor anker liggende grote vrachtschepen. Dan horen we weer iets over sailing yacht, maar in nog minder verstaanbaar Frans. De vrachtschepen komen richting de vaargeul die wij willen oversteken. Voor de zekerheid zet ik de motor aan. Schipper pakt de marifoon en roept Port Control op: hier de Ellya, we hoorden iets over een sailing yacht, bedoelde U ons. Onverstaanbaar antwoord. En als we vragen of het in het Engels kan dan blijkt dat toch te kunnen: what are your intensions? Nou lijkt me dat duidelijk als een zeilschip haaks de vaargeul gaat oversteken maar goed. We gaan naar Fecamp dus. Of we het vrachtschip achterlangs kunnen passeren. Ja hoor, voorlangs zou ik toch niet doen, dat ding gaat steeds sneller. Nummer twee ligt er ver achter dus we kunnen daar voorlangs. Wel gooi ik de tweede motor erbij aan en gaat het zeil even in. We gaan richting achterkant vrachtschip, met behoorlijk wat motorvermogen, met een groot oog naar het tweede schip wat ook steeds meer vaart maakt. Gaan we het redden om voorlangs het tweede schip over te steken? Schipper roept hen op, maar krijgt geen antwoord. Dan maar via Port Control, die even later met het schip contact heeft en meldt dat we voorlangs kunnen. Dat doen we dus maar, vol motor power, blazen die ook eens even door.

 



 

Na de geul gepasseerd te zijn gaat de gennaker weer op. We hebben helaas stroom tegen, maar heel weinig. Met 1 motortje bij motorzeilen we langs de kliffen bij Le Havre, richting de haven d' Antifer. Een haven is een beetje grootse benaming voor een flinke pier in zee met op de achtergrond een paar chemie tanks of iets dergelijks. Het stinkt in elk geval. Doordat de pier zo groot is, de kliffen zo hoog zijn, lijkt het eindeloos te duren voordat je dat passeert. Als we er voorbij varen zien we veel kleine vissersbootjes heen en weren, maar gelukkig weinig vissersboeitjes. Dan ronden we Cap d'Antifer en zien heel in de verte Fecamp al liggen.  De stroom begint mee te staan wat de snelheid met twee knopen doet toenemen. De zon staat nu pal op de kliffen, de gennaker trekt er toch goed aan en het is warm. Een t-shirtje en lange broek is genoeg, alle zeilbroeken en jassen die vanmorgen nog echt nodig waren gaan gaandeweg uit. Dan varen voorbij een opening in de klif en het lijkt op het klif/strandje waar we in juni naar toe zijn gelopen vanaf de camping. Schipper kijkt eens met de verrekijker en ik blijk gelijk te hebben. Best bijzonder om dat van de andere kant te zien.




Het binnenvaren bij Fecamp is weer even tussen de vissersboeitjes door manoeuvreren, ook hier liggen ze weer in de vaargeul. De stroom voor Fecamp is fors en de ingang is smal. 

 


Vissersbootjes komen de haven uit, racen erin, geduld is er niet bij. En dan kom je in de voorhaven die heel anders is als gedacht en bestudeerd: erg weinig ruimte om tussen de pontoons in te varen: te lange boten liggen op de ingang waardoor de tussenliggende ruimte vrij krap is en het invaren van een box helemaal vergeten kan worden. Althans: we durven nog niet te vertrouwen op de handigheidjes die je nodig hebt en met deze boot nog niet goed onder de knie zijn. Tevens blijkt het behoorlijk te stromen en op de steigers ontbreken veel bolders. Uiteindelijk liggen we zo goed en kwaad als het gaat op een kopsteiger bij de ingang van de haven te klotsen. Ook in de nacht gaan er bootjes naar buiten en naar binnen.

Maar slapen doen we prima. En dan bekijken we in de ochtend nog eens de windberichten en worden daar niet vrolijk van. Er komen nog twee goede dagen met zuidwindjes en nog een dag met wat meer wind wat acceptabel is als we voorbij Boulogne zouden komen. Daarna trekt de wind aan naar 7 tot 9 Bft en verder in de week ook rond de 5/6, waarbij de wind uit west gaat komen. Dat gaat hem niet worden, dat wordt ergens verwaaid liggen voor langere tijd als het uit gaat komen. 

Alternatief: morgen heel vroeg er uit naar Boulogne sur Mer (ca. 75 mijl) de dag er na naar Nieuwpoort (ca 70 mijl) en als we dan nog wat bij te zetten hebben: Vlissingen op de dag er op (ca. 40 mijl). Als het lukt kunnen we binnendoor rustig verder in de week er op. Blijkt het onhaalbare kaart dan kunnen we Dieppe aandoen, maar daar is de marina gesloten, een andere marina lijkt open te zijn, maar wordt dan eerst bellen. Ook Treport kan, omdat het tegen die tijd hoogwater is is de haven aan te lopen, en zo zijn er nog meer haventjes. Eerst maar boodschappen doen, brood halen en een paar kleine klusjes afwerken.




Maar zoals vaak bij ons: plans change. En het weerbericht ook. En het dichtgaan van de haven in Fecamp ook: de havenmeester komt net vertellen of we weten dat de haven dichtgaat van het weekend: ja hoor, morgenavond. Nou nee, ze gaan toch morgenochtend om half zeven dicht. 

We wilden al vroeg vertrekken, het wordt nog wat vroeger: de wekker staat op half vijf.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Bodø (Cees’s verhaal)

 Bodø (Cees’s verhaal) Sam is na twee dagen met het ambulancevliegtuig overgevlogen naar het ziekenhuis in Bodø, daar zijn de specialisten e...